Tyfo
Tyfo stapte door het donkere bos. Hij wandelde rustig door tot hij een beekje hoorde kabbelen. Tyfo kwam bij het beekje en nam een slokje. Iets verderop lag een stukje gras. Midden in het stukje gras stond een boom. Rustig knabbelde hij aan het sappige gras. Tyfo keek omhoog. Daar zag hij een rode appel hangen in de boom. Die leek hem wel lekker. Hij sprong. Mis. Nog eens. Mis. Tyfo keek boos omhoog, waarom wou die appel niet meewerken? In stilte bedacht hij een plan. Hij schrok door geritsel in de struiken een paar meter verderop. Tot zijn opluchting zag hij dat het een eekhoorntje was. Het eekhoorntje keek met zijn zwarte kraaloogjes naar Tyfo. Toen klom het eekhoorntje in de boom en pakte een stukje van de appel. Tyfo keek boos naar het eekhoorntje. Waarom kan dat klein ding die appel wel pakken en ik niet?, dacht hij boos. Toen hoorde Tyfo een luide KRAK en de appel belande voor zijn neus. Tyfo was nu wel blij en nam een hap. Mmm... lekker. Tyfo hoorde weer geritsel in de struikjes.
voor Elonié