Kos is een hengst die alles had wat hij wilde. Een droomleven, niemand die in zijn weg stond. Als eerste zoon van de leider in zijn kudde en dus vanaf zijn geboorte kroonprins. Hij is genoeg aanbeden in zijn leven als jonge hengst. Hij kon krijgen wat hij wilde. Zijn vader was tolerant, eerlijk, een natuurlijke leider en geliefd. Hij heeft Kos altijd alles gegeven, al zijn kennis en levenservaringen en zijn liefde. Ja, Kos had het allemaal.
Totdat zíj kwam. Die merrie die alles van hem af had gepakt. De dag dat zij hun territorium op kwam lopen was Kos al zijn hart aan haar verloren. Ze was prachtig en vriendelijk. Zijn vader die iedereen een kans wilde geven nam haar op in de kudde. En zo was het begonnen.
Kos dacht dat het echte liefde was. Zij waren één en hij was bereid om alles op te geven voor haar. Hij wilde haar aan zijn zijde en bood eeuwige trouw aan haar aan. Zij waren gelukkig.
Het duurde maanden, maar uiteindelijk kwam Kos erachter dat ze vaak verdween. Kos dacht dat het zijn fout was en wilde zijn excuses aanbieden. Toen hij haar zocht, merkte hij dat ze erg ver van de kudde was gewaand. Hij volgde haar spoor en merkte dat ze met een onbekend paard aan het spreken was. Geheimen, data, informatie. Over hún kudde. Ze was een spion, al die tijd. Kos kon zichzelf voor zijn kop slaan. Hij werd kwaad, érg kwaad. Hij verstopte zich en wachtte totdat ze terug weer alleen was. Toen hij haar aansprak en ze ontkende, werd hij laaiend. Met zijn eigen hoeven vermoordde hij haar. Toen hij realiseerde wat hij had gedaan, durfde hij zijn vader niet meer onder ogen te komen. Hij vluchtte, rende zo hard als hij kon weg van die plaats. Niemand zou daar ooit achter mogen komen.
Kos is nooit bitter geworden. Het deed pijn. Het was niet zijn plaats om te straffen, maar hij voelt dat hij haar had gegeven wat ze verdiende. Kos schaamt zich echter wel over wat hij heeft gedaan, dat hij de controle had verloren. Hij heeft zich afgesloten van iedereen, hij vertrouwt niemand meer en liefde heeft hij verbannen uit zijn leven.
Kos probeert de hengst de zijn die zijn vader was. Eerlijk, tolerant, vriendelijk. Maar passie die hij bezat over alles waarvan hij hield, dat zal Kos niet meer kennen.
